Hoewel elektrische auto’s terrein winnen, blijven verbrandingsmotoren een dominante rol spelen, vooral in landen zoals België. Toch kan hun toekomst aanzienlijk veranderen dankzij innovatie. Duurzame brandstoffen worden in dit kader steeds belangrijker als aanvulling op andere technologieën. Petronas, een van de grote spelers in de industrie, benadrukt dat een evenwicht tussen verschillende energiebronnen cruciaal is voor een groenere mobiliteit.
Ook smeermiddelen evolueren mee. Deze technische vloeistoffen helpen brandstofverbruik en CO2-uitstoot te verminderen. In samenwerking met Stellantis ontwikkelde Petronas Lubricants International (PLI) de Selenia SUSTAINera-motoroliën. Deze bevatten 30% gerecycleerde basisolie en worden verpakt in deels gerecycleerd plastic, een stap richting een duurzamer wagenpark.
Formule 1 als voortrekker
Toch komt de meest baanbrekende innovatie van de Formule 1. Vanaf 2026 zullen de F1-bolides rijden op 100% duurzame brandstoffen, een fundamentele breuk met de huidige praktijken. De hybride motoren zullen een perfecte balans bereiken tussen verbranding en elektrische energie, met vermogens tot wel 1.000 pk.
Teams zoals het Mercedes AMG PETRONAS F1 Team zetten nu al in op duurzamere strategieën: afvalreductie, energie-efficiëntie en de ontwikkeling van nieuwe high-performance smeermiddelen. De bedoeling is dat deze technologieën, getest in de extreme omstandigheden van de F1, later ook hun weg vinden naar straatauto’s.
De nieuwe F1-brandstoffen zullen bestaan uit biomoleculen afkomstig van afvalproducten of synthetische componenten die met hernieuwbare energie worden geproduceerd. Het doel? De CO2-uitstoot drastisch verminderen zonder in te boeten op prestaties. Een ambitieus plan, maar er rijzen ook vragen over hoe de FIA deze brandstoffen zal reguleren. Want als er mazen in de wet blijven, zou dit kansen kunnen creëren voor valsspelen. Wordt vervolgd.
